top of page

Het landgoed Keukenhof behoorde bij het slot Teylingen. Het landgoed werd gebruikt als jachtgebied en als kruidentuin. Dit was om de keuken van het slot te voorzien van eten. De naam Keukenhof is hier ook op gebaseerd, ‘ “een hof voor de keuken”.
Het landgoed kwam later in handen van particulieren. Die hadden hier een verblijf om even tot rust te komen buiten de stad. Jacob Adriaan Baron du Tour woonde samen met zijn vrouw op het landgoed. Dit was aan de oostkant, ook wel ‘Zandvliet’ genoemd. Du Tour heeft er een tuin in Franse stijl laten aanleggen. Toen hij bij zijn neef Harderbroek op bezoek ging raakte hij geïnspireerd door de Engelse stijl. Hij liet dan ook achter zijn Franse tuin een Engelse tuin aanleggen, met slingerende paden en losse boomgroepen. Als we nu kijken naar de Keukenhof zien we dat de tuin van Du Tour nog steeds de basis vormt.
 
Het landgoed is na Du Tour veel van eigenaar gewisseld. Toen Jonkheer Mr. Johan Steengracht van Oostcapelle het landgoed kocht werd er voor het eerst weer wat uitgebreid. Na zijn overlijden erfde zijn dochter Freule Cecilia het landgoed. Zij was getrouwd met Baron van Pallandt. Samen streefden zij ernaar om de mooiste kasteeltuinen die men zich kan indenken aan te leggen. Het plan werd werkelijkheid, in 1860 waren de nieuwe tuinen af. Een ijzeren Engelse brug, een vijver en een beukenlaan behoorden o.a. tot de nieuwe tuin.
Na de familie van Pallandt ging de tuin over naar de familie van Lynden.
 
De burgemeester van Lisse Mr. W.H.J.M. Lambooy kwam samen met de gemeentesecretaris M. Th. Van Dijk  met het voorstel om een permanente bloemententoonstelling op het landgoed te maken. Aan de toenmalige eigenaar van het landgoed J.E.C. Graaf van Lynden vroegen zij om medewerking. Ook de gemeenteraad, vakorganisaties en bloembollen kwekers verleenden hun medewerking. Hierdoor werd op 25 maart 1950 voor het eerst de Keukenhof geopend.
 
De bezoekersaantallen waren meteen al verbazingwekkend. Zo kwamen er het eerste jaar meer dan tweehonderdduizend bezoekers naar de Keukenhof. Hiervan was ongeveer zeventig tot tachtig procent Nederlands. Nu komen er elk jaar rond de achthonderdvijftigduizend bezoekers waarvan slechts dertig procent nog maar uit Nederland komt. Dit laat al zien dat er heel veel aandacht voor de Keukenhof is vanuit het buitenland.
 
Maar deze bezoekersaantallen van de laatste jaren zijn niet zomaar komen aanwaaien. Elk jaar reizen er weer vertegenwoordigers van Keukenhof rond de wereld om de bloemententoonstelling weer te vertegenwoordigen.
Dit gebeurt ook vaak in samenwerking met het Ministerie van Buitenlandse Zaken, het Internationaal Bloembollencentrum (IBC) en het Nederlands Bureau voor Toerisme (NBT).
 
Mede dankzij deze marketing, en natuurlijk de schitterende tentoonstelling van Keukenhof zelf, associëren veel mensen over de hele wereld Nederland meteen met de Keukenhof en dus ook meteen met bloembollen. 
 

De Keukenhof

bottom of page